Logo Zoeken

Een week vol Polarisatie

12 oktober 2017Liliane Ruyters

Op woensdag 4 oktober 2017 sprak een kleine groep mensen, verenigd in Leiderschap in Communicatie, over Polarisatie, geschreven door Bart Brandsma. Op donderdag 5 oktober 2017 organiseerde beroepsvereniging Logeion samen met Communicatieadviesbureau De Wit een themabijeenkomst over hetzelfde onderwerp. Mijn impressie van een week vol gedachten over polarisatie.

Blog_Polarisatie-705x220.jpg

Vorige week bleek het onderwerp Polarisatie tot twee keer toe onderwerp van gesprek bij bijeenkomsten waarbij ik aanwezig was. Na afloop van beide bijeenkomsten merkte ik dat ik voortdurend gespitst was op aanknopingspunten met het onderwerp. Kazuo Ishiguro de nobelprijs voor Literatuur? Ja, natuurlijk, de man die vanuit het midden zo subtiel zijn lezers steeds weer aan het denken zet. Cultuurhistoricus David van Reybrouck die in de Volkskrant stelt dat het engagement van de ‘boze burger’ beter benut moet worden, Socioloog Christien Brinkgreve in dezelfde krant over gelijk krijgen? Allemaal variaties op. Of het interview met Hillary Clinton zaterdag in de Volkskrant? Ik weet niet of ik Hillary Clinton een bruggenbouwer zou willen noemen, daarvoor staat zij wat mij betreft te ver af van die grote groep in het midden. Dat zij niet door heeft gehad dat zij te maken kreeg met een rasechte pusher bleek ook uit interview meer dan duidelijk. Zij bleef vertrouwen op de redelijkheid van de mensheid terwijl haar opponent juist inspeelde op de hoge mate van onredelijkheid van zijn kiezers.

 

Waar ik op woensdag vooral sprak over de rollen die mensen in polarisatie kunnen oppakken en de verschillende fases van dit proces, helder uitgelegd in Polarisatie van trainer/filosoof Bart Brandsma, legde op donderdag hoogleraar Noelle Aarts uit hoe dialoog in elkaar steekt. Brandsma gaat uit van vijf rollen in het polarisatieproces: de ‘pusher’ (degene die brandstof levert voor wij-zij denken), de ‘joiner’ (degene die in het spanningsveld tussen polen een kamp kiest), de ‘silent’ oftewel de grote middengroep die niet kiest, de bruggenbouwer (dat moge duidelijk zijn) die zwaar het risico loopt door de ‘pusher’ tot zondebok gebombadeerd te worden. Waar Brandsma er vooral voor waarschuwde geen dialoog op te starten in een fase waarin tegenovergestelde partijen elkaar nog naar het leven staan, lichtte Aarts toe hoe selectieve waarneming, kennis en emoties samen werken om dialoog mogelijk te maken. Of juist ervoor zorgen dat die faalt. Wij weten allemaal dat wij snel zaken interpreteren en op basis van wellicht foutieve aannames een gesprek aangaan, wij weten ook allemaal dat we ondanks dat we anders denken we echt niet altijd even goed luisteren. Het is maar de vraag of we ons realiseren dat we voortdurend praten over interpretaties van feiten (Hillary Clinton is mede op die interpretaties van haarzelf en haar omgeving gesneuveld). Of dat wij ons best doen om in dialoog emoties eigenlijk zoveel mogelijk buiten spel te zetten.

 

Wij kunnen nog zo hard roepen dat we bij de gemiddelde bewonersavond ruimte willen geven voor emotie en gevoel, de praktijk laat meestal zien dat we het omgekeerde doen. Emoties worden volgens Aarts, en ik ben dat als beruchte huilebalk helemaal met haar eens, namelijk gezien als vrouwelijk, irrationeel en zwak. Negatief dus. Hoewel emoties voortkomen uit de basisbehoeften van mensen, beantwoorden wij ze meestal met feiten, cijfers en statistiek terwijl we onze uiterste best doen om ze snel weg te wapperen. We staan klaar met dozen tissues om de traantjes af te drogen maar gaan liever niet in op de oorzaak van emotie. Of dat nu is tijdens een bewonersavond, een polarisatie tussen twee steeds verder uit elkaar groeiende groepen of een conflict op het werk of privé.

 

De afgelopen jaren zijn er veel voorbeelden geweest van pogingen tot dialoog die niet lukten. Brandsma zal zeggen dat dit komt omdat ze plaatsvonden tijdens de escalatiefase, Clinton zou roepen dat er niet naar haar feiten geluisterd is, Aarts dat er überhaupt niet oprecht geluisterd wordt.  Ik ben zo’n persoon die bij belangwekkende polarisatie tot de grote, zwijgende middengroep behoort. Hoewel ik in mijn eigen persoonlijke kringetje best bereid ben wat pusher-elementen in te zetten (mensen die mij kennen zullen erkennen dat ik regelmatig vrij kort de bocht kan zijn en met liefde knuppels het hoenderhok ingooi om een reactie teweeg te brengen), zie ik ook dat ik teveel hecht aan feiten om zonder na te denken mee te rennen met een agitator die vooral emoties bespeelt en daar zijn/haar voordeel mee doet. Ik vrees dat ik vanuit die middenpositie meer één ding kan doen en dat is blijven proberen met aandacht en respect naar mijn gesprekspartners te luisteren, steeds opnieuw te zoeken naar alternatieve perspectieven, mijzelf uit te dagen mijn eigen aannames niet voor vanzelfsprekend aan te nemen en emoties serieus te nemen, beginnende bij die van mijzelf. Gisteren en eergisteren heb ik mooi mogen oefenen tijdens een afdelings-tweedaagse die op een zeker moment bepaald heftig werd. Ik heb geluisterd, mijzelf opdracht gegeven niet meteen te oordelen of voorbarige conclusies te trekken, nog meer geluisterd geluisterd geluisterd en mijzelf tranen toegestaan tijdens het gloedvolle emotionele betoog van mijn normaal zo nuchtere collega-teamleider. Deze bruggenbouwer heeft mij gisteren diep ontroerd.