Logo Zoeken

Gewoon Beginnen

18 september 2016Liliane Ruyters

Op meerdere manieren komt de laatste jaren de ontwikkeling tot ons om minder vanaf het papier, gepland en gestructureerd, organisaties te leiden en te veranderen. Re-Inventing Organizations is één van de boeken die over dit onderwerp geschreven is. Leiderschap in Communicatie boog zich onlangs over blauwgroen werken. Onlangs boog Leiderschap in Communicatie zich over één van die managementboeken die de laatste jaren opmars maakt. Ik zeg bewust één, omdat ik al lezende veel herkende in wat Frederic Laloux opschreef. Zijn boodschap was voor mij niet echt nieuw en origineel. Blijft staan dat ik, net als de rest van Leiderschap, de waarheid volgens Frederic Laloux zeker interessant vond en dat er veel zaken staan in Re-inventing Organizations die de moeite van het opvolgen waard zijn.

Klankschaal-schutterstock.jpg

Ik kan me ook niet aan de indruk onttrekken dat er veel organisaties zijn, die al spelen met zijn gedachtengoed (en dat van anderen). Grote verschil tussen die organisaties en degenen die door Laloux aangedragen worden: de Laloux-organisaties doen het groots, hun hele organisatie werkt ‘blauwgroen’.

Iedereen in dergelijke organisaties is doordrenkt van de intrinsieke motivatie om zonder uitzondering met zelfsturende teams te werken waarin mensen zichzelf kunnen zijn en waarin status en macht geen rol spelen. De mazzel die deze o zo perfecte organisaties hadden? Ze zijn zo goed als allemaal vanaf de grond af opgebouwd, ze hoeven niet uit te gaan van een bestaande situatie. Het bekendste voorbeeld in Nederland, Buurtzorg, heeft zich niet hoeven ontworstelen aan een raad van commissarissen die het allemaal niet snapt of aan een OR die vooral voor de rechten van de langszittenden opkomt. In bestaande organisaties wordt het allemaal toch wat ingewikkelder: daar moeten veel mensen hun territorium loslaten en een andersoortig territorium accepteren.

Er lijkt veel behoefte om groenblauw te werken, er is vaak nog meer onvermogen om het voor elkaar te krijgen. Wat doe je bijvoorbeeld indien een directeur door de waarheid van Laloux gegrepen wordt maar vergeet dat hij / zij dan door voorbeeldgedrag moet laten zien dat er echt iets verandert in de organisatie. Op het moment dat Laloux en de zijnen benut worden om een nieuw keurslijf te introduceren, ontspoort ook zijn mooie blauwgroene wereld. En dat gebeurt, laten we daar vooral geen doekjes om winden. De blauwgroene organisatie van Laloux draait op vertrouwen, door de hele organisatie heen. Mijn vrees is dat de vele directeuren, commissarissen en bestuurders in Nederland nog zo vast zitten aan wat zij jarenlang gepredikt gekregen hebben, dat een omslag vooral tijd en geduld vergt. Ik was dan ook blij met de opmerking die één bestuurder van een Laloux-succesorganisatie maakte: ‘doe het gewoon, maak kleine stapjes, evalueer veel en zet vooral een beweging in gang’.

Conclusie: vanuit mijn rol als teamleider Communicatie hoef ik mijn hele organisatie niet in beweging te krijgen. Ik kan wel in mijn advisering voortdurend Laloux-methoden in stelling brengen. Dus niet opgesloten in een stilteruimte werken aan een visie maar die via hoor en wederhoor tot leven brengen, niet alleen als aanbieder nadenken over een nieuwe dienst maar ook aan degenen die hopelijk profijt hebben van die dienst vragen wat zij verwachten. Ik hoop dat veel (communicatie)adviseurs van Laloux vooral oppikken dat wij kunnen werken met respect voor mensen, hun talenten en diversiteit. Hij moet het mij maar vergeven dat ik vast geweldig werkende zaken als Tibetaanse klankschalen, hallelujah-weekafsluiters of verplichte meditatieve momenten nog even niet introduceer in mijn eigen team, ik respecteer dat mijn teamleden daar net wat te nuchter voor zijn.

Leiderschap in Communicatie vindt de trend naar 'blauwgroen' dermate interessant dat wij er een volgende keer weer tijd aan gaan besteden. Vind je dat ook interessant, houd ons dan in de gaten.