Logo Zoeken

Highlights conferentie Transitie33

1 december 2016Ben Warner

23 November vond in Doorn de conferentie Transitie33 plaats. Vanuit de aanname dat organisaties, bestuurders, politici en journalisten een breed wantrouwen in de samenleving hebben gekweekt, had CommBat drie sprekers uitgenodigd om daarover vanuit hun eigen invalshoek een inbreng te leveren. Pieter Hilhorst, Gabriël van den Brink en Eric Smit namen de toehoorders mee in hun aarzelingen, wetenschap en zorg.Een achterliggende gedachte om deze bijeenkomst te organiseren is de signalering dat in toenemende mate communicatiewerk negatieve bijdragen levert aan de publieke werkelijkheid waarin we met elkaar samenleven.

transitie.jpg

En het is frappant dat daar zelden – uitzonderingen daargelaten, zoals onlangs de burgemeester van Winsum – publiekelijk verantwoordelijkheid voor wordt genomen, noch wordt gevraagd. Zo’n zeventig deelnemers woonden de bijeenkomst bij.

Pieter Hilhorst verhaalde over zijn wederwaardigheden in Amsterdam gedurende zijn kortstondige carrière als wethouder en als lijsttrekker tijdens de verkiezingen van 2014. Hij betoogde dat hij zich als wethouder écht inzette voor de belangen van de inwoners van de stad. Dat diezelfde inwoners oprecht bedoelde hervormingsplannen afdeden als manieren om als stad te bezuinigen, heeft hem verrast. Het effect van al zijn goed bedoelde inspanningen: mensen voelden zich door hem in de steek gelaten en lieten hem dat weten ook. Hilhorst gaf aan dat, toen zijn beleidsplannen terecht kwamen in het bezuinigingsframe, zijn belofte van eerlijke politiek in het gedrang kwam en zo ook zijn geloofwaardigheid en dat van de politiek in het algemeen.
Hilhorst leerde nogal hardhandig dat je mét goede bedoelingen, maar zónder samenspraak met maatschappelijke krachten gedoemd bent tot het voeren van achterhoede gevechten. In het directe contact en ook in de media. Hilhorst is er inmiddels van doordrongen dat het niet effectief is om met man en macht ‘in de communicatie’ alles op alles te zetten om de (imago)schade te beperken. Hilhorst begrijpt nu als geen ander hoe zinvol communicatie wel kan zijn. Hij geeft onder meer de volgende les: hoe hoog de nood ook is, ga niet uit van de ´communicatiemodellen´ die zich baseren op creëren van draagvlakken, maar investeer persoonlijk in het eerlijke verhaal. Voorkom een kloof tussen het verhaal in de media en de praktijk.

Gabriël van den Brink – tegenwoordig docent filosofische bestuurskunde aan de VU - legde uit dat de mythologie is doorspekt met opposities, zoals licht en donker, goed en kwaad. Deze stijlfiguur - omarmd door de nieuwsmedia – helpt ons om over onoplosbare problemen na te denken. De beelden die bestuurders, politici en journalisten – al dan niet ondersteund door communicatiemensen – over de werkelijkheid leggen, onttrekt die echte, complexe werkelijkheid zich aan ons aller waarneming. Die diffuse beeldvorming, gevoegd bij de eenzijdig gerichte sociale media (‘kanalen met echotaal die blijft hangen als in een tunnel’), draagt bij aan een ontploffend wereldbeeld.
De mediawerkelijkheid voedt dan ook het maatschappelijk cynisme, omdat het massamediale wereldbeeld niet overeenkomt met werkelijkheid zoals de burger die ervaart. Het zo geslagen gat van wantrouwen zet de maatschappelijke deur open voor populisten.
Van den Brink benadrukte dat de politiek met oplossingen moet komen en geen onderdeel zou moeten zijn van de media, die beelden creëren op basis van een fictie. De journalistiek kan namelijk nooit ´een waarheid´ verkondigen, omdat de werkelijkheid vele malen complexer is.
Op een vraag hoe je hier als organisatie en samenleving mee om zou kunnen gaan benadrukt Van den Brink de noodzaak te erkennen dat het huidige systeem faalt. Het vereist van ons allen – politiek, bestuur, media, communicatie - morele moed om uit onze comfortzones te treden en existentiële vraagstukken op te pakken.

Onderzoeksjournalist en medeoprichter van Follow the Money Erik Smit bepleit voor de eigen beroepsgroep een stevige herbezinning en zelfreflectie. De journalistiek is in de greep gekomen van de verdienmodellen en de toegevoegde waarde van de klassieke journalist staat door de massaliteit van de sociale media onder druk. Smit schetst een beeld van een nog snellere en meer gehaaste journalistiek zonder enige verdieping. Parlementaire journalistiek lijkt volgens hem - wegens gebrek aan diepere gronden en hijgerigheid - meer en meer op sportjournalistiek.
Smit geeft aan dat onderwerpen in het publieke discours met succes dusdanig zijn geframed dat voor afwijkende zienswijzen in het publieke gesprek geen ruimte meer lijkt te bestaan. Ter illustratie geeft hij aan dat de euro gekaapt zou zijn door – wat hij noemt - de populisten, gekoppeld aan de mening dat de Europese Unie een mislukt project is. Deze koppeling staat niet toe om anders – genuanceerd - over de Europese Unie te spreken en te schrijven. Je bent of Euroscepticus of niet. Smit bepleit dat journalisten hun controlerende rol weer oppakken, onder meer door – zo nodig tegen allerhande klippen op - het intellectuele debat aan te zwengelen over grijze gebieden.

Dialoog
In de uitnodiging voor deze conferentie staat dat er ruimte zou zijn voor de aanwezigen om hun eigen ervaringen en inzichten in een gesprek met de inleiders zouden kunnen voorleggen en toetsen. Achteraf bezien bleken zowel de gekozen opzet als de beschikbare tijd daartoe in onvoldoende mate geëigend. Wiel Maessen (Piratenpartij) probeerde het, door erop te wijzen dat de politieke instituten in het huidige tijdsgewricht toe zijn aan een andere rol en functie. Hij bepleitte een bottom up-systeemverandering vanuit de politiek. Voor een toelichting op zijn inbreng en een gesprek daarover bleek geen tijd, mede omdat Eerste Kamerlid Frits Lintmeijer nog op het programma stond. Lintmeijer – nu politicus, eerder wethouder en dáárvoor communicatieman – reflecteerde op zijn communicatiedilemma’s, met name in de relatie tot de media. Hij wees er op dat de media nauwelijks aandacht besteden aan het dagelijkse politieke en bestuurlijke handwerk, en wel direct aan de lijn hangen als ze een conflict vermoeden en dit met graagte willen uitvergroten. Lintmeijer vindt het eerste spijtig, omdat veel van zijn werk daardoor niet zichtbaar wordt in het publieke domein. Met het tweede is het lastig om te gaan, maar gezien de controlerende taak van de media begrijpelijk. In reactie benadrukte Norbert Klein (Vrijzinnige Partij) dat óók de politiek een controlerende taak heeft om – wat hij noemt - manipulaties in media en communicatie te beperken. Klein wees erop dat politiek en bestuur in de relatie met de media in moreel opzicht een eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben die niet of nauwelijks wordt genomen. Net als voor de inbreng van de heer Maessen bleek er onvoldoende tijd om dit gesprekspunt verder uit te diepen.

Dat lot was ook de – dus niet gestelde - vragen in de zaal beschoren. Die gaan, zo blijkt uit reacties na afloop, over het eigen praktische communicatiewerk en het in de eigen (communicatie)praktijk benutten van hetgeen de sprekers te melden hadden.

Digitaal plein
CommBat ontwikkelt een digitaal plein waar al deze vragen, ervaringen en inzichten kunnen worden gedeeld. Om van elkaars ervaringen te leren, en eerst en vooral om met elkaar in gesprek te geraken over de fundamenten van al het communicatiewerk dat we – organisaties, bestuurders, leidinggevenden, politici én communicatieprofessionals – produceren. Zeker, als CommBat zijn we ons ervan bewust dat we de lat hoog leggen. Een zoektocht naar die fundamenten gericht op ‘gedeelde consensus’ daarover vraagt veel van velen. Allereerst de bereidheid om – terwijl het dagelijkse werk gewoon doorgaat – je af te vragen ‘vanuit welke drijfveren je ten diepste denkt en werkt en in hoeverre jouw communicatie-inzet bijdraagt aan een maatschappelijke werkelijkheid die je ten diepste voorstaat’. Het vraagt ook de bereidheid om open te zijn over eigen vertrouwde en beproefde inzichten en daarover zonder vooringenomenheid met anderen te willen spreken. Daarenboven vraagt het een intellectuele nieuwsgierigheid om andere invalshoeken (zoals die ook tijdens de conferentie zijn aangestipt) te onderzoeken.

Fundamenten
CommBat is al een tijdje op zoek naar die fundamenten. Ben Warner gaf aan het eind van de conferentie een vrucht van die zoektocht op dit moment. Hij sprak over ‘de brug van vertrouwen’ die is gefundeerd met vijf pijlers: tijdigheid, begrijpelijkheid, feitelijkheid, verifieerbaarheid en waarachtigheid. Maar ja, daarmee zijn we er nog niet en de benodigde ‘gedeelde consensus’ is daarmee bepaald ook nog niet in zicht. Als CommBat hebben we deze conferentie ook georganiseerd om het gesprek daarover te verbreden tot buiten de communicatiegemeenschap zoals die in Nederland door de beroepsorganisatie voor communicatieprofessionals Logeion wordt verenigd en gerepresenteerd. Al is het maar om de communicatiecurricula en de kwalificaties van het onderwijzend personeel te laten sporen met het echte communicatiewerk: de communicatiepraktijk in het huidige tijdsgewricht. Lees meer: www.commtop.nl

Ben Warner, voorzitter Commbat