Logo Zoeken

Bweehh, haar in je brood

7 februari 2014Wim Coenraadts

Mooi staaltje framing, of beter gezegd programma-pr, van de Keuringsdienst van Waarde (KvW). Voorafgaand aan de uitzending van 6 februari word ik al een dag eerder vergast op een waar mediabombardement. 'Kijk uit mensen, er zit haar in jullie brood. Chinees haar'. Dat mag niet, maar interessant is welk beeld blijft hangen: vies of fraude.

LOGNW_Haar-in-je-brood-Blog.jpg

Net als bij zoveel dingen in het leven is ook bij nieuws de eerste indruk de belangrijkste. Je moet binnenkomen. Bam! Dat is altijd zo geweest, maar aandacht wint in het huidige medialandschap steeds meer aan belang. Kijkcijfers, bereik, advertentie-inkomsten en dat soort zaken, je weet het wel. Onderscheidend vermogen. 

Framing en communicatie
Dus kiest de KvW voor een binnenkomer die beklijft. 'Mensenhaar in ons brood. Waarom?', hoor ik Ghislaine Plag tijdens De Ochtend (Radio 1) het onderwerp inleiden. 'Om het brood soepel en langer houdbaar te houden', is het antwoord van KvW-redacteur Maarten Remmers.

Vervolgens ontspint zich een gesprek waarin gaandeweg de nuance naar voren komt, maar het neergezette beeld onaangetast blijft. Haren in je brood. Voor veel mensen een onsmakelijk idee. In elk geval bij ons aan de huistafel. Het is vies.

Vanuit het oogpunt van de Keuringsdienst van Waarde kan ik de framing best begrijpen. Je wilt dat je programma opvalt. In communicatief opzicht blijft echter hierdoor de kern van de zaak onderbelicht. Want er is geen sprake van vies, maar van fraude.

Ongevaarlijk
Uit het programma komt naar voren dat er helemaal geen Chinees mensenhaar in ons brood zit. Het gaat om het aminozuur L-cysteïne dat uit mensenhaar kan worden onttrokken en als broodverbeteraar aan het deeg kan worden toegevoegd. Overigens stellen de Nederlandse bakkers dat het aminozuur dat zij gebruiken merendeels uit plantaardige grondstoffen wordt gehaald. Ter info: Europese wet- en regelgeving verbiedt het om mensenhaar als grondstof voor L-cysteïne te gebruiken.

Op driekwart van de uitzending erkent ook Remmers dat het aminozuur - zelfs uit Chinees mensenhaar afkomstig - op zich niet gevaarlijk is. Daarmee neemt de KvW in feite inhoudelijk afstand van het zelf gecreëerde beeld. Niet dat dat enig effect heeft; als ik brood zie, dan zie ik haar. En ja, 'Mensenhaar in brood' kopt lekkerder dan 'Productieketen Nederlandse bakkers kwestbaar'.

Fraude ondoorzichtige keten
Wat de Keuringsdienst van Waarde eigenlijk aan het licht wil brengen is fraude bij Chinese leveranciers van het aminozuur en de ondoorzichtigheid van de keten die uiteindelijk tot ons volkorensneetje met kaas leidt. Als er ergens in China wordt gesjoemeld met een broodingrediënt, heeft onze bakker daar dan weet van? En kan hij het redelijkerwijs weten?

Volgens de KvW niet, en die constatering vind ik eigenlijk veel verontrustender dan haar in m'n brood. De vergelijking met de paardenvleesfraudes dringt zich op. In beide gevallen blijkt de voedingsindustrie erg gevoelig voor malversaties. De producenten van ons eten krijgen via de tussenhandel ingrediënten en bestanddelen aangeboden, waarvan ze maar moeten vertrouwen dat het deugt.

Gebakken peren
Voor het aan de kaak stellen van dat punt verdient de Keuringsdienst van Waarde alle lof. Transparantie en authenticiteit zijn kernwaarden als het gaat om ons voedsel. En wat dat betreft heeft het programma al veel kwalijks aan het licht gebracht.

En de bakkers? Die zitten met de gebakken peren. Die mogen gaan uitleggen dat er geen haarbrood in de schappen ligt. En dat ze L-cysteïne betrekken van leveranciers die 'voldoen aan alle afspraken omtrent de herkomst (plantaatdige basis - red.) van grondstoffen'.  Toch voeren ze voor de zekerheid een check uit om na te gaan of elke leverancier zich aan die afspraken houdt. Verstandig.